
Nieuwe directeur Nederlands-Vlaams Instituut in Cairo wil instelling zichtbaarder maken
Egyptoloog Marleen De Meyer wordt de nieuwe directeur van het Nederlands-Vlaams Instituut in Cairo (NVIC). De Meyer werkt al sinds 2016 voor het instituut dat Egyptische-Nederlandse en Vlaamse samenwerking op het gebied van onderwijs en onderzoek bevordert.
Het Nederlands-Vlaams Instituut in Cairo is een samenwerking van negen universiteiten in Nederland en Vlaanderen met als doel het stimuleren en internationaliseren van hun onderwijs- en onderzoeksactiviteiten in het Midden-Oosten en Afrika. In 2021 bestond het instituut 50 jaar, lees het artikel om meer te weten over het belang van het NVIC.
Marleen De Meyer was al een jaar lang interim-directeur na het onverwachtse overlijden van Rudolf de Jong, haar voorganger. Zijn dood kwam heel plotseling en het zorgde voor een schok bij alle medewerkers van het instituut. Ruim een jaar later is De Meyer officieel de nieuwe directeur van het NVIC, tijd om kennis te maken.
Egypte, Cairo en het NVIC zijn geen onbekenden voor jou, hoe lang kom je er al?
‘Ik ben voor het eerst naar Egypte gekomen in 1995, daarmee dateer ik mezelf een beetje…, dus dat is al 30 jaar. Ik was toen nog student Egyptologie aan de KU Leuven. Het was een eerste kennismaking met Cairo, maar niet lang daarna nam ik deel aan de opgraving van een Romeinse tempel in de buurt van Luxor. Sinds 2002 werk ik mee aan de Belgische opgravingen in Dayr al-Barsha [necropolis uit de tijd van de farao’s, red.], waar ik co-directeur van ben, dus dat is ook alweer meer dan 20 jaar. In 2016 ben ik bij het NVIC begonnen als assistent-directeur Egyptologie en sindsdien verdeelde ik mijn tijd fifty-fifty over Cairo en Leuven. Maar na het overlijden van Rudolf werd dat voltijds Cairo.’
Vanaf 1 maart 2025 ga je officieel aan de slag als directeur. Wat voor directeur ben jij eigenlijk?
‘Ik denk dat ik een directeur ben bij wie de deur altijd open staat. Ik voel me nog altijd als één van het hechte team hier, want het runnen van dit instituut is echt teamwork. Verder hecht ik veel belang aan het contact met onze bezoekende studenten en met het brede netwerk waarin NVIC zich bevindt – in Egypte, Nederland en Vlaanderen. Naast het leiden van het instituut wil ik ook onderzoek blijven doen. Ik zal misschien niet meer twee maanden aan een stuk naar een opgraving kunnen gaan. Maar mijn huidige onderzoeksplek is op vier uur rijden van Cairo, dus het is wel mogelijk om op en af te gaan. Ik werk ook op een aantal projecten rond archeologisch archiefmateriaal, dat onderzoek is logistiek gezien gemakkelijker te combineren.'
-
Marleen De Meyer is met studenten in Deir el-Medina, een nederzetting in het oude Egypte -
Hiërogliefen ontcijferen in de opgraving Dayr al-Barsha -
Het NVIC-team in november van het afgelopen jaar
Als directeur is het aan jou de taak om het NVIC de toekomst in te leiden. Hoe ziet die toekomst eruit?
‘Net als de universiteiten in Nederland kijken wij momenteel ook aan tegen besparingen in ons budget. Richtingen als Arabistiek, Midden Oosten Studies en Egyptologie moeten inleveren en dat heeft effect op de studenten die ons bezoeken. Maar we zien dit als een uitdaging en gaan creatieve manieren zoeken om zelf onze eigen inkomsten te verhogen, bijvoorbeeld door meer betaalde cursussen aan te bieden aan het brede publiek.’
‘Een opdracht die daarbij hoort is de zichtbaarheid van het NVIC te vergroten, vooral ook in Nederland en Vlaanderen. We moeten vindbaar zijn voor mensen die iets met Egypte willen doen. We zijn een Leids instituut, maar buiten onze gebruikelijke partner faculteiten hebben veel afdelingen van de Universiteit Leiden nooit van ons gehoord en dat zou eigenlijk niet mogen. We willen het instituut verbreden, zodat ook de voor ons minder traditionele disciplines ons weten te vinden. Als je bijvoorbeeld onderzoek wil doen naar moderne migratiepatronen, dan kan je ook bij ons aankloppen. Dus bij deze een warme oproep aan iedereen die dit leest en die samenwerking zoekt met Egypte: contacteer ons!’