Meer woningen in de stad zijn mogelijk zonder groen op te offeren
Meer bouwen in stedelijk gebied is op de meeste plekken in Nederland de slimste manier om de huizencrisis aan te pakken. Dat blijkt uit onderzoek van Janneke van Oorschot, dat in een partnerblad van Nature werd gepubliceerd. En opvallend: dat hoeft niet ten koste te gaan van groen in de stad. Het kan zelfs groen opleveren.
Tegen 2050 heeft Nederland behoefte aan bijna twee miljoen extra woningen. Maar woningen en bijhorende utiliteitsgebouwen leggen beslag op de al beperkte ruimte. En om ze te bouwen zijn materialen nodig, die op hun beurt weer een milieuafdruk hebben. Met die tegenstrijdigheden in het achterhoofd wilde Van Oorschot uitzoeken waar en hoe we best kunnen bouwen.
In eerder onderzoek had Van Oorschot zich al verdiept in constructiematerialen voor nieuwbouw, met een focus op circulair gebruik. Ook keek ze naar de beschikbaarheid van groen in de stedelijke omgeving en de ‘diensten’ die dat groen levert, zoals koelte en recreatie.
Binnen of buiten de stad?
‘In dit onderzoek brachten we al die elementen samen’, zegt Van Oorschot, die haar PhD bijna heeft afgerond. Het leverde haar een publicatie op in npj Urban Sustainability, een partnertijdschrift van Nature. Ook andere onderzoekers van het Centrum voor Milieuwetenschappen werkten eraan mee.
Twee scenario's van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) vormden de basis voor het onderzoek. Die schetsen twee versies van hoe Nederland er in 2050 uit kan zien. ‘Het gaat er vooral om of de bevolkingsgroei binnen of buiten de stad plaatsvindt’, zegt Van Oorschot. In haar onderzoek spreekt ze daarom van dichtbevolkt gebied (‘dense’) en dunbevolkt gebied (‘sparse’).
Honderden kleine cellen
Door de projecties van het PBL op te delen in honderden kleine cellen, berekende de onderzoekster hoeveel materialen in elk van de scenario’s nodig zijn om de benodigde woningen te bouwen. En wat in elk van de scenario’s de impact is van de huizen op de directe natuurlijke omgeving.
Haar conclusie is dat het verder verdichten van stedelijk gebied dat al bebouwd is, in de meeste gevallen het efficiëntst is, zowel wat betreft materiaal- als ruimtegebruik. Dat komt doordat woningen in de stad doorgaans kleiner zijn en er meer in hoogte wordt gebouwd. Als bij het bouwen gesloopte materialen worden hergebruikt, gaat de score voor materiaalgebruik nog verder omhoog.
Meer groen betekent meer koeling
Wat bij dat ‘verdichtingsscenario’ opvalt, is dat die extra woningen niet ten koste hoeven te gaan van groen. ‘Integendeel’, zegt Van Oorschot. ‘Het is mogelijk om juist meer groen te creëren dan voorheen.’ Dat betekent: meer koeling, een grotere opvang van regenwater en meer ruimte voor recreatie. Volgens het onderzoek kan er zo tot 3 procent groengebied bijkomen.
‘Het is mogelijk om juist meer groen te creëren dan voorheen.’
Ze geeft de binnenstad van Leiden als voorbeeld. ‘Die is nu op de kaart een rode vlek als het gaat om hitte. Maar op de locaties waar meer woningen komen, samen met meer groen, zie je die hittevlek in de projectie opklaren tegen 2050.’
Hulpmiddel voor beleidsmakers
Het onderzoek stelt niet dat bouwen op onontgonnen terrein, zoals voormalig landbouwgebied, per se een slecht idee is. Wel laat het zien dat het materiaal- en landgebruik er vaak hoger ligt, omdat het er minder noodzaak is voor dichte bouw. Dat uit zich in grotere woningen, zoals eengezinswoningen. Een voordeel is dat er doorgaans meer ruimte is voor groen.
Van Oorschot hoopt dat haar onderzoek beleidsmakers kan ondersteunen bij het plannen van woningen, utiliteitsgebouwen en groen. Dankzij haar onderzoek kunnen zij zowel ruimte- als materiaalgebruik meenemen in hun overwegingen, in combinatie met de specifieke lokale omstandigheden. In een volgende fase hoopt de onderzoekster nog andere parameters toe te voegen aan het gebruikte model, zoals biodiversiteit en het effect op gezondheid
Verder lezen
van Oorschot, J., Slootweg, M., Remme, R.P. et al. Optimizing green and gray infrastructure planning for sustainable urban development. npj Urban Sustain 4, 41 (2024). https://doi.org/10.1038/s42949-024-00178-5
Stedelijke vraagstukken als deze komen aan bod in het Urban Research-programma van CML, waarin onderzoekers met behulp van wetenschap duurzame steden creëren, met een focus op de stedelijke bouw en hergebruik van materialen (denk aan de circulaire economie en urban mining), en het versterken van de stedelijke natuur voor biodiversiteit en voordelen voor de mens.