Slagaderverkalking lijkt op een auto-immuunziekte. Marie Depuydt promoveerde er cum laude op
Naast cholesterol en hoge bloeddruk moeten we misschien ons eigen immuunsysteem gaan aanpakken om een hartinfarct of beroerte te voorkomen. Marie Depuydt legde bloot welke cellen er precies in de plaque zitten die een (slag)ader vernauwt. De vele T-cellen duiden op een auto-immuunziekte. Ze promoveerde 28 maart, cum laude.
Marie Depuydt studeerde op een interessant moment af als biofarmaceutisch wetenschapper. In 2017 werd steeds meer gedaan met een techniek om relatief gemakkelijk heel precies vast te stellen welke cellen er in bijvoorbeeld een tumor of een ander menselijk klompje cellen zitten. Alle lichaamseigen cellen hebben hetzelfde DNA, maar ze gebruiken dat niet allemaal. Elk celtype gebruikt een relatief klein gedeelte ervan als sjabloon om RNA en vervolgens eiwitten te maken. Door dat RNA te ‘lezen’, kun je vaststellen hoeveel cellen van elk celtype er in een stuk weefsel zitten.
Plaques veroorzaken hersen- of hartinfarcten
Een onderzoeksconsortium van de Hartstichting, onder wie Depuydts begeleiders, bedacht dat ze die techniek wilde toepassen op de plaques die (slag)aders vernauwen. Zulke plaques gevuld met cholesterol in de (slag)aders kunnen bijvoorbeeld hersen- of hartinfarcten veroorzaken. Hart- en vaatziekten zijn een van de meest voorkomende doodsoorzaken ter wereld. Jaarlijks sterven er wereldwijd 17,9 miljoen mensen aan, vooral in de Westerse wereld. Daarvan is het overgrote deel het gevolg van slagaderverkalking.
Depuydt: ‘Er was al een paar decennia aandacht voor de ontstekingsreactie die je kunt meten bij slagaderverkalking. Maar welke rol het immuunsysteem precies speelt, was onduidelijk.’ Depuydt mocht als promovendus de techniek opzetten om het mogelijk te maken in zo’n plaque de celtypen vast te stellen.
Een cellulaire atlas van slagaderverkalking
Het lukte haar om daarmee een cellulaire atlas van slagaderverkalking te maken: ze stelde in plaques van achttien patiënten vast welke celtypen en hoeveel erin zaten. Het wetenschappelijke artikel daarover werd sinds eind 2020 al enkele honderden keren geciteerd. Wat liet die atlas zien? Depuydt: ‘Wij vonden opvallend veel T-cellen in al die plaques. Deze witte-bloedcellen reageren als een slot op een sleutel: ze hebben geleerd op één bepaald antigeen-molecuul te reageren, en delen zich vervolgens snel. Alle dochtercellen reageren op diezelfde stof en beginnen die op te ruimen.’
Ontstekingsremmers zijn geen oplossing
In principe reageren T-cellen op een lichaamsvreemd eiwit, bijvoorbeeld een specifiek eiwit op de celwand bacterie of op een virus. In het orgaan waar ze gemaakt worden, de thymus in de borstkas, vindt een selectie plaats: een T-cel die sterk op een lichaamseigen eiwit reageert, wordt afgekeurd en komt niet in circulatie. Bij auto-immuunziekten slaat zo’n T-cel wel aan op een lichaamseigen eiwit.
In een grote klinische studie, de CANTOS-trial, kregen patiënten die een hartinfarct hadden doorgemaakt een behandeling met ontstekingsremmers. ‘Je zag heel mooi dat minder patiënten uit die groep een tweede hartinfarcten kregen dan de patiënten uit de controlegroep’, zegt Depuydt. ‘Maar die behandeling ondermijnde hun hele immuunsysteem, ze werden bijvoorbeeld gevoelig voor bacteriële infecties.’ Zo’n one-size-fits-all-behandeling is dus geen oplossing.
Hamvraag: op welke sleutel reageert het slot?
De hamvraag is welke sleutel precies op dit T-cel-slot past, oftewel op welke stof de T-cellen in plaques reageren. Depuydt: ‘Als we dat weten, kunnen we heel gericht proberen te voorkomen dat sommige T-cellen erop reageren en actief worden.’ Voor reuma en diabetes type I zijn al therapieën in ontwikkeling om de schadelijke T-cellen uit te schakelen. Depuydt weet al dat de T-cellen uit plaques sterk lijken op de helper-T-cellen die patiënten met de reumavorm artritis psoriatica ziek maken.
‘Leefstijl, erfelijkheid en ouderdom blijven ook belangrijke componenten’
Komt er straks een compleet nieuwe benadering en behandeling van hart- en vaatziekten? Depuydt: ‘Het zal vooral een aanvulling worden. Het auto-immuun-aspect dat wij blootlegden, is niet het hele verhaal. Het is een onderdeel van de ziekte. Dingen als leefstijl, erfelijkheid en ouderdom blijven ook belangrijke componenten.’
Wetenschappelijke duizendpoot
Depuydt werkt als postdoc-onderzoeker door aan het vervolg op haar ontdekkingen, waarop ze eind maart promoveerde. Cum laude, met lof. Heeft ze haar succes vooral te danken aan op het juiste moment solliciteren op de juiste promotieplaats? Volgens haar begeleider Bram Slütter zeker niet. Hij mailt: ‘Dit werk had allemaal niet kunnen slagen zonder Maries capaciteit om met artsen, patiënten en wetenschappers met verschillende expertises te kunnen samenwerken. Je kunt haar gerust een wetenschappelijke duizendpoot noemen.’
Tekst: Rianne Lindhout
Beeld boven artikel: CC BY-SA 4.0 - scientificanimations.com