Mentale klachten studenten nog aanzienlijk, maar minder dan in coronajaar 2021
Het aantal studenten met angst- en stressklachten daalde iets ten opzichte van 2021. Maar nog altijd heeft ongeveer de helft last van psychische problemen. Het alcoholgebruik blijft onverminderd hoog. Dat blijkt uit de landelijke Monitor Mentale gezondheid en Middelengebruik. Hoe bevordert de Universiteit Leiden het studentenwelzijn?
Studenten van de Universiteit Leiden lijken vrijwel geheel de landelijke trend te volgen, signaleert Maarten Fischer, teamleider studentenpsychologen. Wel vulde slechts 4.5 % van onze studenten de enquête in. Ook studentenpsycholoog Sanne Weeber herkent de landelijke trends binnen de Universiteit Leiden. Samen geven ze een reactie op de landelijke cijfers.
De landelijke Monitor Mentale gezondheid en Middelengebruik Studenten hoger onderwijs 2023 is uitgevoerd door het RIVM, het Trimbos-instituut en de brancheorganisatie van GGD GHOR Nederland. Er deden ruim 32.000 studenten aan mee van 24 universiteiten en hogescholen. In Leiden deden 1484 studenten mee, zie Rapportage Universiteit Leiden.
Vergelijking 2021 en 2023
Fischer: ‘Deze monitor geeft een gemengd beeld. Het is positief dat sommige klachten iets afnamen. Maar nog altijd loopt een aanzienlijk aantal studenten met problemen rond.’ Emotionele uitputtingsklachten, het vaak ervaren van prestatiedruk en gevoelens van angst, somberheid en eenzaamheid komen in 2023 iets minder voor dan in 2021. Ook lijken respondenten wat meer tevreden met hun leven in het algemeen. Deze verbetering is deels toe te schrijven aan de afnemende effecten van de coronapandemie en de beperkende maatregelen.
Vaker professionele hulp
Ondervraagden geven in 2023 wel vaker aan professionele hulp, binnen of buiten de universiteit, te ontvangen voor mentale klachten. ‘Ook aan onze universiteit meldden dit jaar iets meer studenten zich bij een studentenpsycholoog’, aldus Weeber. ‘Dat komt mede ook door het grotere aanbod. De laatste jaren zijn er extra studentenpsychogen bijgekomen - van zes naar negen –, er is binnen de hele universiteit nog meer aandacht voor studentenwelzijn en studenten worden meer gestimuleerd hulp te zoeken als het niet goed gaat.’
Er zijn nu meer studentenpsychologen en meer studenten melden zich
Ruim de helft worstelt met psychische klachten
Dat blijkt nodig want 53% van de respondenten geeft aan ‘matig tot heel veel hinder’ te ervaren van psychische klachten en 56% meldt recent (heel) veel stress te ervaren. Studie is de grootste bron van stress, op maatschappelijk gebied zijn dat de kosten van het dagelijks leven. Studenten met studiezorgen melden zich, zoals de bedoeling is, eerst bij de studieadviseur van de opleiding, aldus Fischer en Weeber. Als mentale klachten een rol spelen kunnen ze praten met een studentenpsycholoog. Voor hulp en advies over regelingen en voorzieningen zijn er studentendecanen. Vaak speelt een combinatie van problemen, merkt Weeber op.
Doorbreken van taboes
Studenten ontwikkelen soms ernstige gevoelens van machteloosheid als problemen en klachten zich opstapelen. Een kwart van de respondenten meldt af en toe of vaker 'levensmoe' te zijn. Fischer: ‘Dit is een zorgelijk percentage. Het is iets waar we als studentenpsychologen altijd alert op zijn, wanneer we met studenten in gesprek zijn. Het onderstreept ook het belang van thema's als suïcidepreventie, en het doorbreken van taboes op het bespreken van mentale problemen. Hier werken we in verschillende projecten aan.’
Hoe representatief is de uitkomst?
Zonder af te willen doen aan de resultaten is nuancering wel op z’n plaats, merken beiden op. Ruim 32.000 studenten deden mee aan de landelijke monitor. De vraag is of de gemelde klachten ook gelden voor de ruim 93% die niet meedeed. Zo valt op dat relatief meer respondenten aangeven begeleiding van een psycholoog te hebben (gehad) dan universiteitsbreed het geval is. De mate of ernst van psychische klachten is mogelijk enigszins naar boven vertekend. Studenten met problemen zijn waarschijnlijk eerder geneigd de enquête in te vullen, vermoedt Fischer.
Studenten gebruiken iets minder cannabis, maar blijven veel drinken
Alcohol en drugs
Een gunstige trend lijkt dat studenten minder frequent cannabis of psychedelica gebruiken, en minder vaak slaap- of kalmeringsmiddelen innemen dan in 2021. Het gebruik van alcohol bleef echter onverminderd hoog. Zo is 10% van de deelnemende studenten een overmatige drinker: meer dan 21 glazen alcohol per week (mannen) of meer dan 14 glazen per week (vrouwen). En 16% is een zware drinker: minstens één keer per week meer dan 6 (mannen) of 4 (vrouwen) glazen alcohol op een dag.
Meer preventie nodig
De universiteit probeert onder andere door convenanten met studenten- en studieverenigingen alcoholgebruik terug te dringen. Fischer: ‘Maar niet iedere student is lid van een vereniging en veel studenten geven aan dat ze vooral thuis of in horeca drinken. We willen meer inzetten op preventie, bewustzijn en een gezonde levensstijl en kunnen dat alleen bereiken in samenwerking met meerdere maatschappelijke partners, zoals de gemeente of de horecabranche.’
Workshops en trainingen
Voor studenten die vooral zelf snel en laagdrempelig aan de slag willen zijn er ook diverse workshops, trainingen en e-modules. Zo zijn er e-health modules die bijvoorbeeld leren om te gaan met sombere gevoelens of faalangst. Ook zijn er programma's die helpen om de eigen veerkracht te vergroten waardoor problemen minder snel groot worden. Weber: 'We raden iedereen aan om het brede aanbod te bekijken.'
Bannerfoto: Marc de Haan