Geen woorden, maar data: handvatten voor dilemma's in de zorg voor transgender jongeren
Over de zorg voor transgender jongeren bestaan, ook bij behandelaars, uiteenlopende meningen. Zeker als het gaat om puberteitsremmers en de mogelijke gevolgen daarvan. Psycholoog Lieke Vrouenraets (LUMC) onderzocht de ethische dilemma’s en wil met haar proefschrift zorgverleners en beleidsmakers handvatten geven.
Het aantal transgender kinderen en jongeren dat zich de afgelopen jaren bij een genderkliniek aanmeldde is exponentieel toegenomen. Behandeling van kinderen vóór hun puberteit is voornamelijk psychologisch. Maar als de gevoelens aanhouden na de start van de puberteit, is de mogelijkheid van puberteitsonderdrukking een relatief nieuwe, maar omstreden vorm van behandeling.
Vijf thema's
Vrouenraets wilde meer inzicht krijgen in de kern van de vaak sceptische of voorzichtige houding ten aanzien van deze behandeling. Ze bracht de ethische dilemma's in kaart, en bundelde deze tot vijf thema's die steeds naar voren kwamen in de context van de politieke en publieke discussies:
- De overweging om wel of niet te beginnen met puberteitsremmers.
- De wilsbekwaamheid van de jongeren.
- De rol van psychosociale problemen.
- Sociale context.
- Ethiekondersteuning.
The Dutch Protocol
Als het geslacht dat bij de geboorte toegewezen is niet overeenkomt met iemands genderidentiteit en samen gaat met gevoelens van onbehagen spreken we van genderdysforie. In Nederland hebben we afgesproken dat tieners die de diagnose genderdysforie hebben, onder bepaalde aanvullende voorwaarden puberteitsremmers kunnen krijgen (volgens 'the Dutch protocol').
Puberteitsremmers zorgen ervoor dat de ontwikkeling van voor de jongeren ongewenste secundaire geslachtskenmerken op pauze gaat of nog niet begint. Het geeft jongeren de tijd hun genderidentiteit te verkennen en het starten van een genderbevestigende behandeling middels hormonen en/of chirurgie te overwegen. De effecten van de behandeling met puberteitsremmers zijn omkeerbaar: zodra iemand met de remmers stopt, gaat de puberteitsontwikkeling weer verder in lijn met het geboortegeslacht.
'Niet behandelen is géén neutrale optie.'
Langetermijneffecten puberteitsremmers
Vrouenraets: 'Er zitten ook nadelen aan de behandeling. De puberteitsremmers hebben bijvoorbeeld consequenties voor de botdichtheid en iemand kan opvliegers en stemmingswisselingen krijgen. En we weten nog weinig over de langetermijneffecten van de remmers. Welk effect hebben ze op de hersenen bijvoorbeeld? En wat doet het verder fysiek met het lichaam? Omdat de puberteitsremmers pas een kleine 35 jaar gebruikt worden in de transgenderzorg hebben we daar nog weinig langetermijndata over. Dat zijn argumenten om de remmers niet te geven.'
Maar: 'Niet behandelen is géén neutrale optie', vervolgt ze. 'Want een lichaam ontwikkelt zich verder in de richting van het geboren geslacht. Dat kan ongelooflijk veel stress en psychisch leed geven. Ook dat moeten we meewegen.'
Transgender jongeren zijn wilsbekwaam
Een ander thema is de wilsbekwaamheid van de tieners. Zijn zij in staat om de gevolgen van hun keuze om al dan niet te starten met de puberteitsremmende behandeling te overzien? Bijvoorbeeld als het gaat om mogelijke consequenties voor de vruchtbaarheid? Vrouenraets' onderzoek toont aan dat dit voor ongeveer 90 procent van de 74 minderjarige transgender jongeren die deelnamen aan haar studie het geval is. Maar dat betekent volgens Vrouenraets niet dat ze later geen spijt kunnen krijgen.
'Het overgrote deel gaat door na de puberteitsremmers.'
Praten met tieners over vruchtbaarheid
Het overgrote deel gaat door na de puberteitsremmers. Ongeveer 6 procent stopt. Dat is niet veel, maar toont volgens de psycholoog onder meer aan dat in ieder geval een deel van de jongeren nadenkt over de optie om met de puberteitsremmers te stoppen. Maar er is ook een andere kant. 'Omdat we weten dat het overgrote deel doorgaat na de remmers, moeten we het op vroege leeftijd al hebben over de mogelijke consequenties voor de vruchtbaarheid. Hebben tieners daar wel idee van?'
Houvast in een gepolariseerd debat
De dilemma's rond transgenderzorg voor kinderen en jongeren is niet nieuw. Alleen was dat aanvankelijk met name een gespreksonderwerp tussen behandelaars, tieners en hun ouders. Nu spreken veel meer mensen zich uit over het onderwerp, waarbij de politiek, media en de rechtspraak een steeds grotere rol spelen. Het doel van het proefschrift is om betrokkenen houvast te bieden in een gepolariseerd debat over transgenderzorg.