ERC-subsidie om uit te zoeken hoe kinderen luchtweginfecties te lijf gaan
De crèche en het klaslokaal zijn misschien wel de meest gunstige plekken voor ziekteverwekkers. Toch is er relatief weinig bekend over hoe kinderen reageren op virussen en bacteriën en hoe het komt dat sommige kinderen veel beter beschermd zijn dan anderen. Simon Jochems, onderzoeker aan het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC), ontvangt een European Research Council Starting Grant van 1,6 miljoen euro om dit uit te zoeken.
'Het is best gek dat kinderen zo’n groot aandeel hebben in de verspreiding van ziekteverwekkers, maar dat we nog weinig weten over hoe hun immuunsysteem reageert op luchtweginfecties', zegt Simon Jochems, onderzoeker bij de Parasitologie. Dat komt omdat onderzoek zich vooral focust op volwassenen. Maar ook omdat de onderzoeksmethoden niet geschikt zijn voor kinderen. 'Ik ben vooral geïnteresseerd in de lokale immuniteit in de neus. Dit onderzoeken we normaal gesproken, net als bij een coronatest, met een wattenstaafje in de neus. Omdat dit voor kinderen erg pijnlijk is, wordt het niet veel gedaan.'
Filterpapiertje brengt onderzoek naar kinderen verder
Maar daar is recent iets op bedacht. Namelijk een soort filterpapiertje die met 30 seconden in de neus genoeg materiaal verzamelt. 'Het is handig in gebruik en niet pijnlijk', zegt Jochems. Volgens hem tilt deze uitvinding het onderzoek naar het immuunsysteem van kinderen naar een hoger niveau.
Dankzij de ERC-subsidie kan Jochems verschillende projecten starten. Deze onderzoeken worden uitgevoerd in samenwerking met kinderarts Marlies van Houten van het Spaarne Gasthuis ziekenhuis. In één studie die al loopt verzamelen ouders van gezonde kinderen 4 weken lang elke dag een neusmonster. 'Hiermee krijgen we een beter beeld van hoe lang het duurt voordat het afweersysteem in actie komt na een infectie, maar bijvoorbeeld ook hoe een bacterie-infectie en virusinfectie elkaar beïnvloeden.' Door alle aspecten van het immuunsysteem in de neus in kaart te brengen, hopen Jochems en collega’s uiteindelijk erachter te komen waarom sommige kinderen wel ziek worden en anderen niet.
Onderzoek in het klaslokaal
In een tweede project gaat Jochems langs basisscholen. 'Een belangrijke vraag die we in dit project willen beantwoorden is: hoe verspreidt een virus of bacterie zich in een klas? We gaan drie keer per week langs scholen om materiaal van de kinderen te verzamelen.' Uiteindelijk wil Jochems beter begrijpen wat ten grondslag ligt aan epidemiologische studies, die de verspreiding van ziektes bestuderen. 'We willen meer inzicht krijgen in hoe kinderen en ziekteverwekkers interacteren. En wellicht kunnen we in de toekomst het immuunsysteem in de neus zo beïnvloeden dat luchtweginfecties worden voorkomen.'