‘Je ziet aan de coronacrisis hoe het mis kan gaan’
Ijeoma Uchegbu is hoogleraar Farmacie aan het University College Londen (UCL). Als vrouwelijke wetenschapper van kleur stond ze in eerste instantie niet te springen om een actieve rol te spelen in het diversiteitsbeleid. Totdat ze radicaal van mening veranderde: ‘Ik wist: ik moet evangelist worden.’
Let op: aanmelden voor het diversiteitssymposium (22 januari) kan nog t/m 13 januari.
U bent op 22 januari een van de keynote speakers op ons jaarlijkse diversiteitssymposium. Waar gaat uw lezing over?
‘Ik zal vooral vertellen over race equality in het hoger onderwijs in het Verenigd Koninkrijk. We zien dat slechts dertien procent van de academische medewerkers van de universiteiten een andere etnische achtergrond heeft. Dat geldt voor zo’n acht procent van de hoogleraren, van wie slechts 0,7 procent zwart is. Dat is natuurlijk weinig als je het afzet tegen het bevolkingspercentage.’
Waarom zijn er eigenlijk zo weinig zwarte hoogleraren, zeker als je het afzet tegen het aantal zwarte mensen in de gehele samenleving?
‘Volgens de officiële statistieken is deze discrepantie ‘onverklaard’, maar in werkelijkheid speelt racisme ook een rol. Toen ik me in de statistieken ging verdiepen, bleek er bijvoorbeeld een ‘cijferkloof’ te zijn: witte studenten kregen gemiddeld hogere cijfers dan studenten van kleur. Ook bleek dat wetenschappers van kleur minder gauw een promotie krijgen, ook bij gelijke geschiktheid. Ze zullen dus minder snel hun potentieel bereiken.’
Wat was het moment dat u zich met deze materie ging bezighouden?
‘Ik was er in het begin niet zo in geïnteresseerd, want ik was druk met mijn eigen carrière. Maar na het zien van deze cijfers wist ik: ik moet een evangelist worden. De jaren dat ik in Nigeria heb gewoond, waren daarbij cruciaal. Ik kwam in een maatschappij waar het heel gewoon was dat mensen zoals ik hoge functies bekleden en constant op televisie te zien waren. Dat liet me zien hoe het ook kan.’
Emancipatie is vaak ook een kwestie van tijd. Denkt u niet dat het percentage zwarte hoogleraren vanzelf hoger wordt?
‘We hebben die tijd niet. Op UCL is de afgelopen tien jaar niets veranderd. Zelfs na onze interventie is het percentage wetenschappers met een andere etnische achtergrond slechts 0,1 procent gestegen. Dus als we helemaal niets doen, kunnen we zomaar weer een of twee kostbare decennia verliezen waarin we wel het verschil hadden kunnen maken.’
U bent bij UCL in dienst als gezant voor race equality, naast uw functie als hoogleraar en chief scientific officer bij een farmaceutisch bedrijf. Wat heeft u in de tussentijd bereikt?
‘Afgelopen juni hebben we enkele gebouwen een andere naam gegeven. Daar ben ik ontzettend trots op. Die gebouwen waren namelijk eerder vernoemd naar de eugenetici Francis Galton en Karl Pearson. Deze eugenetici meenden dat bepaalde mensenrassen inferieur waren aan andere. Zo’n naamsverandering lijkt symbolisch, maar je kunt je voorstellen dat het voor een zwarte student verschrikkelijk is om in een dergelijk gebouw college te volgen.’
Lees ook: Waarom 'erbij horen' zo belangrijk is
De Amerikaanse natuurkundige Kerstin Perez schopte het tot universitair docent Deeltjesfysica aan het befaamde Massachusetts Institute of Technology (MIT). Voor mensen uit minderheidsgroepen is dat echter nog minder vanzelfsprekend dan voor anderen. Hoe het beter kan, zal ze vertellen tijdens het Diversiteitssymposium. Lees het interview.
Waar kan een betere universitaire afspiegeling uiteindelijk toe leiden?
‘Je ziet momenteel aan de coronacrisis hoe het mis kan gaan. De ziekte slaat keihard toe onder mensen met een biculturele achtergrond, veel harder dan onder autochtone Britten. Waarom zagen we dat niet aankomen? We hebben in Groot-Brittannië de beste virologen en epidemiologen ter wereld rondlopen! Het antwoord is natuurlijk: omdat we een blinde vlek hebben voor mensen met een andere etnische achtergrond. Niemand maakte de eenvoudige denkstap dat arme, vaak zwarte mensen veel krapper behuisd zijn dan anderen, en dus veel meer risico lopen. We moeten dus meer zwarte artsen opleiden, het is letterlijk een zaak van leven en dood.’
Het lijkt me niet eenvoudig om het diversiteitsbeleid te maken voor een universiteit. Wat doet deze functie met uzelf?
‘Het eist zeker een emotionele tol. Je bent namelijk continu de verwachtingen van mensen aan het bijstellen. Nog altijd gebeurt het wel eens dat mensen aan me vragen wanneer de professor komt, omdat ze niet doorhebben dat ik zélf de professor ben, een zwarte vrouw. Dan denk ik: daar gaan we weer. Maar ja, je moet zelf de verandering zijn die je wilt zien.’
Hoofdafbeelding: hoofdgebouw van UCL (via Wikipedia)