Hoe lang is een topambtenaar houdbaar? Tussen schaduwmacht en de banencarrousel
Kutsal Yesilkagit, hoogleraar International Governance, Frits van der Meer, bijzonder hoogleraar Comparative Public Sector and Civil Service Reform, en Caspar van den Berg, bijzonder hoogleraar Transities in publieke sector vertellen in Vrij Nederland over de behoefte aan flexibilisering binnen de ambtenarij.
Kutsal Yesilkagit vertelt hoe de Algemene Bestuursdienst werd opgericht om het type ambtenaar te vervangen dat binnen hetzelfde departement te snel te veel macht zou kunnen verkrijgen. Ministers wisselen wel om de zoveel jaar, maar ambtenaren niet. Hoe weet je zeker dat jij degene bent die de ambtenaren – die jarenlang meedraaien en het departement op hun duimpje kennen – aanstuurt? Wie is er dan eigenlijk de baas?
Yesilkagit verwijst naar een Tweede Kamer rapport op de mat van de commissie-Vonhoff waarin het ongenoegen werd uitgesproken over lang zittende ambtenaren, waarin tegelijkertijd ook de behoefte werd geconstateerd aan meer samenwerking tussen ministeries, de behoefte aan 'flexibilisering'.
Caspar van den Berg koppelt in hetzelfde artikel de geïntegreerde ambtelijke top aan de Britse senior civil service. Zo legt hij uit dat de bovenste lagen van rijksambtenaren niet meer onder aparte ministeries vallen, maar onder de Algemene Bestuursdienst waar Yesilkagit al eerder over vertelde. Op die manier is er geen sprake (meer) van een departementsgewijze ambtelijke top.
Ook Frits van der Meer haakt hier op in, topambtenaren moeten niet alleen verder kijken dan de gang van hun eigen ministerie, maar ook vooral niet te lang op dezelfde plek blijven zitten. Hij benadrukt met een voorbeeld dat afdelingshoofden ook hun stempel kunnen drukken, sprekend uit eigen ervaring.
Lees het hele artikel op de website van Vrij Nederland.