Wat en waarom?
De kenmerken van uitwisseling
- Je meldt je aan via de Universiteit Leiden. Je moet hiervoor aan bepaalde voorwaarden voldoen.
- De plaatsen zijn beperkt; je kunt dus niet gegarandeerd op uitwisseling gaan. De Universiteit Leiden selecteert studenten door middel van een loting.
- Je blijft ingeschreven als student aan de Universiteit Leiden dus je hoeft geen collegegeld te betalen aan de gastuniversiteit.
- Je kunt de studiepunten die je haalt mee laten tellen voor je studie. Daarvoor heb je wel toestemming van de examencommissie nodig.
Twee soorten uitwisseling
Er zijn twee soorten uitwisselingsprogramma’s:
1. Universiteitsbreed
2. Via faculteit of opleiding
Kenmerken universiteitsbrede uitwisseling
- In principe voor studenten van alle opleidingen. Er kunnen beperkingen gelden.
- Ook open voor masterstudenten, hoewel er meestal beperkingen gelden aan zowel de Universiteit Leiden als de partneruniversiteit.
- Je kunt bij de gastuniversiteit over het algemeen vakken volgen bij alle faculteiten en opleidingen.
- Alle bestemmingen zijn buiten Europa.
- Je kan alleen voor 1 semester op uitwisseling gaan vanwege het beperkte aantal plaatsen bij partneruniversiteiten. Studenten die via hun studieprogramma verplicht een jaar naar buitenland moeten, zijn hiervan uitgezonderd.
- Het programma wordt georganiseerd door de buitenlandcoördinatoren voor universiteitsbrede uitwisseling. Voor vragen kun je bij hen terecht.
Kenmerken uitwisseling via faculteit of opleiding
- Alleen voor studenten van een bepaalde faculteit of opleiding.
- Je kunt bij de gastuniversiteit alleen vakken volgen bij specifieke faculteiten of opleidingen.
- Bestemmingen binnen Europa (Erasmus+) en buiten Europa.
- Het programma wordt georganiseerd door de buitenlandcoördinator van de faculteit of opleiding. Met vragen kun je bij hen terecht.
Verplicht buitenlandverblijf
De Afrikaanse talen en culturen leer je natuurlijk het beste kennen in Afrika zelf. De bachelor African Studies bevat daarom een verplicht buitenlandverblijf. In het tweede semester van je tweede studiejaar ga je naar Afrika om daar een tweede Afrikaanse taal te leren. Welke taal je kiest hangt af van je eigen belangstelling en de mogelijkheden ter plaatse. Bovendien doe je daar 10 ec aan vakken en schrijf je er een werkstuk.
Ghana
In principe gaan alle studenten naar Ghana. Studenten kunnen, indien goed beargumenteerd, de examencommissie verzoeken toestemming te verlenen naar een ander Afrikaans land te gaan om een andere taal te leren. Voor een bestemming die door het Ministerie van Buitenlandse Zaken een negatief (rood of oranje) reisadvies is afgegeven zal nooit toestemming gegeven worden door de examencommissie.
Informatiebijeenkomsten
In het eerste jaar is er in het tweede semester een bijeenkomst om je te informeren over de Afrika-reis. In het eerste semester van het tweede jaar nemen je plannen een vastere vorm aan. Ook dan zorgt de opleiding voor bijeenkomsten waarin je je plannen kan bespreken. Uiteraard kan je bij je studiecoördinator terecht met al je vragen over de Afrika-reis.
Subsidie en eigen bijdrage
De Afrika-reis wordt gesubsidieerd door de opleiding. De beurs die je krijgt helpt je te betalen voor zaken als je vliegticket, accommodatie, visa, inentingen en uitgaven ter plaatse. Er wordt ook een eigen bijdrage van je verwacht. Of de beurs kostendekkend is hangt af van je bestemming. Het ene Afrikaanse land is duurder dan het andere.
Meer informatie
Zie de e-Studiegids of neem contact op met studiecoördinator.